Het Koninklijk Museum voor Schone Kunsten in Antwerpen en het Rijksmuseum Twenthe slaan de handen ineen. Met de tentoonstelling Rubens, Van Dyck, Jordaens - de Vlaamse barok geven ze inzicht in het reilen en zeilen van de Vlaamse kunstproductie in de zeventiende eeuw. Kortom: de Vlaamse barok in volle breedte, nog eens extra verdiept met een lezing door Frederike Upmeijer. Dus op naar het oosten voor kunst uit het zuiden.

Zinnelijk
Welgevormde nimfen, heroïsche Christusfiguren en mythologische goden met dramatisch wapperende haren. Groot, imposant, zinnelijk: dat is waar wij aan denken bij Vlaamse kunst uit de zeventiende eeuw. Een groter contrast met de sobere kerkinterieurs en de met symboliek geladen genrestukken uit de reformatorische Noordelijke Nederlanden lijkt niet mogelijk. Maar klopt dit beeld eigenlijk wel? Is er werkelijk zo'n groot verschil tussen Noord en Zuid? Rijksmuseum Twenthe werpt met Rubens, Van Dyck, Jordaens - de Vlaamse barok nieuw licht op de overeenkomsten en verschillen tussen de Hollanders en onze zuiderburen. De tentoonstelling ontkracht clichés en toont de mooiste meesterwerken van Peter Paul Rubens (1577-1640), zijn leerling Antoon van Dyck (1599-1641) en tijdgenoot Jacob Jordaens (1593-1678).