Blijf benieuwd!
Op de hoogte blijven van ons steeds vernieuwende aanbod?
Meld je aan voor onze nieuwsbrief!
In aansluiting op de cursus ‘Duitse kunst- en cultuursteden’ kunt u nu met kunsthistoricus en middeleeuwenspecialist drs. Martijn Pieters op reis naar Hildesheim en omgeving. Hier tonen de machtscentra uit de tijd van het Heilige Roomse Rijk nog altijd hun middeleeuwse grandeur.
Het Heilige Roomse Rijk begon in 962, toen Otto I de Grote, koning van het Oost-Frankische of Duitse koninkrijk, zich in Rome door paus Johannes XII tot keizer liet kronen. In Magdeburg, de vroege residentie van Otto I, werd een groot bouwprogramma opgestart om de stad te verfraaien. Ook omliggende steden profiteerden van de macht van de keizers. Als residentiesteden en handelscentra genoten ze grote bekendheid en rijkdom.
Tijdens deze reis vestigen we ons in Hildesheim, het centrum van het gelijknamige prinsbisdom. Van hieruit reizen we naar omliggende steden. We besteden uitgebreid aandacht aan de indrukwekkende architectuur en beeldhouwkunst en zien prachtige kerken en kerkschatten.
PROGRAMMA (wijzigingen voorbehouden)
Dag 1, ma 13-06
Vertrek per touringcar vanuit Utrecht richting Hildesheim, onze standplaats voor deze reis. We stoppen onderweg in Idensen voor een bezoek aan de Sigwardkirche uit de vroege twaalfde eeuw. Deze kleine kerk is bijzonder door de aanwezigheid van de originele romaanse schilderingen van Bijbelse scenes en heiligen. Aangekomen in Hildesheim maken we alvast een korte stadswandeling langs onder meer de prachtige vakwerkhuizen aan het centrale marktplein.
Dag 2, di 14-06
De bisschopsstad Hildesheim groeide tijdens het Ottoonse keizerrijk uit tot een belangrijk handelscentrum. We beginnen onze stadsverkenning bij de Dom, de zetel van de bisschoppen. Hoewel deze is gesticht in 815, dateert zijn huidige uiterlijk vooral uit de Ottoonse tijd. De Berwardsdeur uit 1015 dankt haar naam aan de heilige bisschop Bernward, die ook de Michaeliskirche stichtte. Het Dommuseum toont handschriften, reliekhouders en andere voorwerpen uit de voormalige inventaris van de Dom. Ook de Michaeliskirche wordt gekenmerkt door de Ottoonse architectuur. In de kerk trekt voornamelijk het beschilderde plafond de aandacht, met een immense voorstelling van de Boom van Jesse uit de dertiende eeuw. Ook de twaalfde-eeuwse stucwerken die de Acht Zaligheden verbeelden, zijn zeer de moeite waard. Indien mogelijk brengen we ook een bezoek aan de Magdalenenkirche. Toen de Michaeliskirche een lutherse kerk werd, werden de relikwieën van bisschop Bernward hierheen overgebracht. Ze zijn nu ondergebracht in een prachtig zilveren schrijn in deze kerk. Belangrijker is misschien nog wel het laatgotische passiealtaar in het hoogkoor, een indrukwekkend gevleugeld altaar van lindehout.
Dag 3, wo 15-06
Braunschweig werd in 1017 gesticht. Het kwam tot grote bloei toen de Saksische hertog Hendrik de Leeuw uit de Welfendynastie er in de twaalfde eeuw zijn residentie bouwde. Het symbool van de stad is de bronzen leeuw die Hendrik in 1166 liet gieten als symbool van zijn macht. We bezoeken in Braunschweig de Dom met het graf van Hendrik en zijn echtgenote Mathilde, het oudste dubbelgraf van een echtpaar in Duitsland.
Het Herzog Anton Ulrich Museum is met een openingsdatum van 1754 een van de oudste musea van Europa. Hoewel de middeleeuwse collectie in Burg Dankwarderode momenteel wegens renovatie is gesloten, zijn er nog vele andere topstukken in het museum te zien, zoals Hercules en Omphale van Lucas Cranach de Oude en Judith met het hoofd van Holofernes van Peter Paul Rubens. Op de terugweg maken we een stop in Konigslütter waar we de prachtige romaanse keizersdom bekijken, gewijd aan Petrus en Paulus. De Dom is een van de keizersdommen, grote kerken met een bijzondere band met de keizers van het Heilige Roomse Rijk. Keizer Lotharius III van Supplinburg gaf in 1135 opdracht tot de bouw van de kerk, die ook bedoeld was als graf voor hem en zijn familie. De kerk zou echter pas in 1170 voltooid worden, onder het bewind van Hendrik de Leeuw, hertog van Saksen en concurrent van de keizers. We bekijken in de kerk de negentiende-eeuwse historische wandschilderingen en vooral het twaalfde-eeuwse beeldhouwwerk aan de buitenzijde van de apsis.
Dag 4, do 16-06
Nabij Celle brengen we een bezoek aan het klooster Wienhausen, dat rond 1320 door een schoondochter van Hendrik de Leeuw werd gebouwd. De meeste gebouwen zijn opgetrokken in de stijl van de baksteengotiek. Nog altijd zijn ze goed bewaard. Het klooster herbergt een grote collectie kunstschatten. De collectie staat vooral bekend om de gotische tapijten uit de veertiende en de vijftiende eeuw. Ze tonen niet alleen religieuze taferelen maar ook wereldse verhalen, zoals de legende van Tristan en Isolde. We krijgen hier een rondleiding door het klooster en nemen ruim de tijd om de kloosterschatten en tapijten te bewonderen. ’s Middags keren we terug naar Hildesheim en nemen we nog een kijkje bij twee belangrijke kerken. De Sint-Godehardusbasiliek is een van de belangrijkste voorbeelden van romaanse architectuur. De kerk werd gebouwd na de heiligverklaring van Godehardus in 1133 en is al die tijd vrijwel onveranderd gebleven. Vlakbij ligt de laatgotische hallenkerk Sint-Lamberti, genoemd naar de patroonheilige van Hildesheim: Lambertus van Maastricht. Hier is vooral het altaarstuk uit het begin van de vijftiende eeuw van belang.
Dag 5, 17-06
Goslar werd in 922 gesticht door Hendrik I de Vogelaar. Hendrik II de Heilige, de laatste keizer uit het Ottoonse geslacht, bouwde er een keizerpalts. De huidige keizerpalts stamt echter uit het midden van de elfde eeuw en werd gebouwd door de latere keizer Hendrik III. Na de brand van 1289 raakste het gebouw in verval, totdat het aan het eind van de negentiende eeuw historiserend werd gerestaureerd. Het interieur werd overdadig gedecoreerd met muurschilderingen met voorstellingen van de heldendaden van de middeleeuwse keizers. Het hoogtepunt is de schildering van de apotheose van het keizerdom, waar Wilhelm I, Frederik III van Pruisen en Otto von Bismarck zich lieten afbeelden als de opvolgers van deze middeleeuwse keizers. Tegelijk met de keizerpalts werd een kathedraal gebouwd, gewijd aan Simon en Judas. De kerk werd echter in de negentiende eeuw gesloopt, omdat het onderhoud van de bouwvallige basiliek te duur werd. Alleen het voorportaal bleef overeind. Het is gedecoreerd met beeldhouwwerk en dertiende-eeuwse zandstenen delen van de keizerstroon van Goslar. ’s Middags bezoeken we de Marktkirche, gewijd aan de genezende broers Cosmas en Damianus. Bijzonder zijn de laatromaanse, gebrandschilderde ramen die het leven van deze heilige broers uitbeelden. Tot slot zien we de Neuwerkkirche, een twaalfde-eeuwse kloosterkerk. We besteden hier veel aandacht aan het interieur, waar de overgang tussen romaanse architectuur en vroege gotiek waar te nemen is.
Dag 6, 18-06
We keren huiswaarts, waarbij we onderweg stoppen in Minden en Osnabrück. In de Dom van Minden zijn maar liefst vier bouwstijlen terug te vinden: vroeg- en hoogromaans in het westwerk, laatromaans in het transept, hoge gotiek in het schip, en late gotiek in de koorafsluiting. Bij restauraties in de twintigste eeuw werden diverse muurschilderingen uit de dertiende eeuw teruggevonden. Ook het zandstenen apostelenfries stamt uit deze eeuw. In de schatkamer van de kerk bevindt zich een van de belangrijkste romaanse kunstschatten van Duitsland: het Kruis van Minden. Ook in Osnabrück bekijken we de domschat in het Diözesanmuseum, waar twaalf eeuwen kerkelijke kunst terug te vinden is. Het kapittelkruis van verguld hout en filigraanwerk uit omstreeks 1050 is het hoogtepunt van de collectie. In de namiddag rijden we het laatste stuk naar huis. We bereiken Utrecht rond 20.00 uur in de avond.
REISGEGEVENS
De Vrije Academie is voor iedereen met interesse in kunst, cultuur, architectuur, geschiedenis en filosofie.
Wij werken met de beste docenten en experts. Zo garanderen we onderwijs op niveau waar je jaren plezier van hebt.
We zijn een landelijk educatief instituut. De kans is groot dat we ook activiteiten bij jou in de buurt organiseren.